|
We beschouwen een driehoek met hoekpunten (-6,0), (0,12) en (16,0) (zie figuur). |
A.   2 |
B.   5 | ||
C.   7 | ||
D.   9 | ||
E.   15 |
[ vwo12-(1s29) - op net sinds 1.1.98-6.8.2022 ]
Deze vraag werd gesteld op 15 januari 1997 tijdens de eerste ronde van de (12de) Vlaamse Wiskunde Olympiade.
Het aantal juiste antwoorden op die vraag bedroeg toen 23,6% .