In een gelijkbenige driehoek ABC met tophoek A verdeelt men de basis in drie gelijke delen : |BD| = |DE| = |EC|. In D en E trekt men de loodlijnen DF en EG op de basis (F en G liggen op de opstaande zijden). De driehoeken BDF en CEG zijn congruent wegens het congruentiekenmerk A.  Z Z Z
B.  Z H Z
C.  Z Z H
D.  H Z H
E.  Z H H
                 

[ 2-7312 - op net sinds 23.6.2020-()-24.10.2023 ]

Translation in   E N G L I S H

IN CONS
IN CONSTR
IN CONSTRUC
IN CONSTRUCTI
IN CONSTRUCTION
A.  
B.  
C.  
D.  
E.  

Oplossing - Solution

H Z H
De twee hoeken zijn : de rechte hoeken en de basishoeken van de gelijkbenige driehoek.