De grafieken van

y = (x − 3)2 + 4
en
y = − (x − 3)2 + 4
A.   liggen symmetrisch t.o.v. de x-as
B.   liggen symmetrisch t.o.v. de y-as
C.   liggen symmetrisch t.o.v. de 1ste bissectrice
D.   liggen symmetrisch t.o.v. de rechte y = 4
E.   liggen verschoven van elkaar (dus zonder rotatie)
   ;     ;     ;     ;   

[ 4-4368 - op net sinds 2.3.05-(E)-29.10.2023 ]

Translation in   E N G L I S H

The graphs of
y = (x − 3)2 + 4
and
y = −(x − 3)2 + 4
A.  are symmetrically located with respect to the x-axis
B.  are symmetrically located with respect to the y-axis
C.  are symmetrically located with respect to the first bisector
D.  are symmetrically located with respect to the line y=4
E.  are shifted from each other (no rotation)

Oplossing - Solution

Maak maar eens een schets van de twee parabolen die alle twee T(3,4) als top hebben.
Je gaat dan snel zien dat de symmetrisch liggen t.o.v. de gemeenschappelijke topraaklijn van beide parabolen.