Dan gaat het weer verder. We fietsen naar de Wat Srisawai, waar drie prachtige prangs door een muur worden ingesloten. De kroonprins die later koning Rama VI werd vond sporen van de Hindoegod Sayomphu, zodat aangenomen wordt dat deze ruïne een hindoeschrijn was vooraleer ze tot een boeddhistisch klooster werd omgevormd.

Even verder bezoeken we de Wat Sra Sri. Het heiligdom ligt op een eiland, rond een chedi in Singalese stijl. In de grote viharn bewonderen we een enorm stucco beeld van Boeddha. Ten zuiden staan negen chedis van verschillende afmetingen.

In de Wat Sri Chum (foto hieronder) wordt de hele ruimte ingenomen door een enorm boeddhabeeld.

Onze laatste halte brengt ons naar het Ramkhamhaeng Nationaal Museum, waar we niet mogen fotograferen of filmen. Het opende zijn deuren in 1964 en bezit giften van beelden en voorwerpen uit de omliggende provincies.

Het schitterende weder, de originele manier waarop we de prachtige ruïnes konden bezoeken, het droeg allemaal bij om deze dag tot een van de hoogtepunten van onze reis te maken. Hij was dan ook veel en veel te snel voorbij.