Mexico 1997

de Monte Albán

Tussen 700 tot 1.000 jaar na Christus ging de stad snel achteruit. Vele bouwwerken waren vervallen geraakt en dienden nu als begraafplaats. De Zapoteken migreerden naar plaatsen als Zaachila, Cuilapán, Yagul en Mitlá. Hun plaats werd ingenomen door de Mixteken. In het midden van de 14de eeuw hadden ze de Zapoteken helemaal verdrongen.

Waar de Zapoteken vooral architecten waren, leverden de Mixteken vooral op andere gebieden creatief werk, zoals hiëroglyfische geschriften (codices) waaruit we ondermeer leren dat alle Mixtreekse dynastieën van de - onvermijdelijke - Quetzalcoatl afstammen, edelsmeedkunst, mozaïeken, keramiek en houtbewerking. Daarvan getuigen ontelbare ontdekkingen. Zo werd ondermeer in een tombe, genoemd nummer 7, een onmetelijke schat gevonden aan gouden sieraden, mozaïeken en andere siervoorwerpen. gouden borstsierraad uit tombe nummer 7

Een groot deel van die schat zijn we gaan bekijken in het museum van Oaxaca, zoals het gouden borstsieraad op de foto links, dat de god van de dood voorstelt. De schat van tombe 7 is het Mexicaanse equivalent van de schat van Toet-Ank-Amon in Egypte.

Sommige bronnen beweren dat deze schat wel eens de schat van de Azteekse keizer Moctezuma zou kunnen zijn, die de Spanjaarden kwijtspeelden tijdens de Nochte Triste toen ze halsoverkop uit Tenochtitlán moesten vluchten. Vele Spanjaarden probeerden op hun vlucht delen van de schat mee te nemen, maar verloren hem dan weer toen ze door de Azteken opgejaagd werden en hun goud en edelstenen in de moerassen moesten achterlaten.

menselijke schedel gevonden in graf 7 Een ander wat luguber aandoend "sieraad" uit graf nummer 7 is de bewerkte menselijke schedel die je op de foto ziet, bedekt met mozaïeken. De Mixteekse keramiek met zijn schitterende kleuren steekt schril af tegen het Zapoteekse aardewerk dat meestal monochroom (= slechts één kleur) is. Denk aan het beeld van de maïsgod in graf 104.

We beëindigen ons bezoek aan de Monte Albán met het aankopen van enkele souvenirs, waaronder een prachtig masker dat ons door een oude Zapoteekse kunstenaar aangeboden werd aan de voet van het observatorium, met de nodige uitleg erbij. Het is gemaakt uit vierkantjes halfedelstenen zoals jade, obsidiaan, albast en amber, aan de binnenkant bestreken met hars en cactussap om het geheel samen te houden.

Net zoals Teotihuacán, de plaats waar men god wordt, werd ook deze Witte Berg, de Monte Albán, voor eeuwig op ons netvlies gebrand. Als het Quetzalcoatl belieft, komen we hier beslist nog eens terug.

Wij tweeën waren de enigen die na onze terugkomst in Oaxaca nog snel naar het museum zijn gegaan, waar we de schat uit tombe 7 konden bewonderen tot sluitingstijd. De schat bevindt zich in het klooster dat aan de Santo Domingokerk paalt, voor ons een wandeling van zo'n twintig minuutjes. We hebben het ons niet beklaagd.

's Avonds zijn we dan in groep naar een ander hotel gegaan om een dansgroep aan het werk te zien die de voor Oaxaca typische Guelagetza dansen opvoerde. Een mooie bekroning van een prachtige dag!

Guelaguetza opvoering

< homepage | top | ga terug | lees verder >