Copán, dat op een hoogte van 600 meter lag, werd gesticht in een heuvelachtig gebied dat vruchtbaar was door de aanwezigheid van de Copán, een zijrivier van de Motagua. Het ceremoniële centrum besloeg een gebied van ongeveer zestien hectare. De as liep van noord naar zuid en de plattegrond van de stad was rechthoekig. Een groot deel van dit gebied bestond uit plateaus en aangelegde terrassen.

Een van de monumenten die gebouwd werden toen Copán op zijn hoogtepunt was, was de Trap van de Hiërogliefen, die naar de top van een van de imposante piramiden van de akropolis liep. Deze trap, die uit 63 monolithische treden bestaat, kan beschouwd worden als een encht historisch document: hij is bedekt met 2.500 hiërogliefen over de leden van de heersende dynastie en enkele historische data. De inscriptie is nog niet volledig ontcijferd. De periode waar de teksten naar verwijzen, loopt van 545 tot 745 na Christus.