Regeringsbeslissing van 23 maart 2007

 

Vlaamse Regering

 

DE VLAAMSE MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, LEEFMILIEU EN NATUUR

 

DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, STEDENBELEID, WONEN EN INBURGERING

 

Nota aan de leden van de Vlaamse Regering

 

Betreft : Uitdoofbeleid met betrekking tot de woonkern Doel

 

  1. Inleiding & historiek

  2. Op 20 januari 1998 stelde de Vlaamse Regering in haar beslissing aangaande de bouw van een containergetijdendok op de Linkerscheldeoever vast dat de leefbaarheid van Doel hierdoor ingrijpend wijzigt, en dat de leefbaarheid niet kan worden gewaarborgd en verder achteruitgaat naarmate de industrialisatie voortschrijdt (VR/PV/1998/3 - punt 29).

    De beslissing stelt verder dat het op te maken strategisch plan voor het Linkerscheldeoevergebied dient uit te gaan van de uiteindelijke "onleefbaarheid van Doel en de daaropvolgende onteigening".

    Te dien einde wordt dan ook in diezelfde beslissing de aanzet gegeven tot het uitwerken van een sociaal begeleidingsplan voor Doel.

    Op 24 juli 1998 keurde de Vlaamse Regering het Sociaal Begeleidingsplan Doel goed (VR/98/23.07/Doc.0746 bis – VR/PV/1998/33 – punt 102).

    In diezelfde beslissing geeft de Vlaamse Regering ook opdracht aan de Maatschappij voor het Haven-, Grond- en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeoevergebied (Maatschappij LSO) om over te gaan tot de onteigening van de kern van de gemeente Doel. Met de schorsing van het gewestplan van 2000 door de Raad van State, verdween de rechtsgrond voor deze onteigening. Tot op heden werden dan ook enkel in der minne verworven.

    De beslissing van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 inzake de "Evolutie van de leefbaarheid van de woonkern Doel in de gefaseerde ontwikkeling van het havengebied in het Linkerscheldeoevergebied" (VR/PV/2000/21 – punt 1) bevestigde de uitvoering van het Sociaal Begeleidingsplan Doel tot uiterlijk 31 december 2003.

    De woonkwaliteit en woonzekerheid van de woonkern Doel werd via het tijdelijk bewoningsrecht bestendigd tot de datum van de aflevering van een bouwvergunning voor een tweede getijdendok, die op dat moment ‘ten vroegste’ in het jaar 2007 voorzien werd.

    De beslissing van de Vlaamse Regering van 27 april 2001 inzake het verlenen van "een tijdelijk bewoningsrecht ter garantie van de woonzekerheid en van de woonkwaliteit in Doel" (VR/PV/2001/14 – punt 43) regelde het tijdelijk bewoningsrecht door middel van een ‘zakelijk recht van bewoning’ (zoals omschreven in art. 625 tot en met 636 van het Burgerlijk Wetboek).

    Hiertoe werden alle woningen in Doel, die door de Maatschappij voor het Haven-, Grond- en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeoevergebied verworven waren, tot 2007 in beheer overgedragen aan het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband van het Land van Waas.

    Deze laatste verleende aan de inwoners van de woonkern Doel tot 31 december 2006 een zakelijk recht van bewoning.

    Omwille van het behoud van de woonkwaliteit in de woonkern van Doel werd tot 31 december 2006 ook nieuwe bewoning toegestaan in niet-bewoonde woningen.

    Intussen is genoegzaam bekend dat een bouwvergunning voor een tweede getijdendok op de Linkerscheldeoever niet zal worden afgeleverd in 2007. Een nieuwe beslissing van de Vlaamse Regering aangaande de problematiek van het tijdelijk woonrecht te Doel is dan ook vereist.

    Teneinde ook na 31 december 2006 rechtszekerheid te creëren voor de betrokken houders van een zakelijk recht van bewoning, werd in december 2006 door de Maatschappij LSO een brief gericht aan hen, waarin medegedeeld wordt dat een stilzwijgende verlenging van het ondertekende contract aan dezelfde voorwaarden, voor onbepaalde duur toegestaan wordt. Hieraan kan te allen tijde een einde gesteld worden met een vooropzegging per aangetekend schrijven van drie maanden door elk van de partijen.

    Op deze wijze werd aan de houders van een zakelijk recht van bewoning de nodige rechtszekerheid gegeven in afwachting van een nieuwe beslissing terzake van de Vlaamse Regering.

    Onderhavige nota heeft als voorwerp het verder uittekenen van de modaliteiten aangaande het uitdoofbeleid met betrekking tot de woonkern Doel.

    Als omschrijving van de woonkern Doel wordt dezelfde definitie gehanteerd als in het (geschorste) gewestplan van 8 september 2000. De woonkern Doel werd hier ingekleurd als een zone Zeehavengebied type 3 (Z3-gebied).

     

  3. Strategisch Plan voor de Haven van Antwerpen

  4. In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wordt aangegeven dat de Vlaamse Regering de afbakening van de zeehavengebieden dient vast te leggen in gewestplannen of gewestelijke ruimtelijk uitvoeringsplannen (GRUPs) (VR – 23/09/1997). Dit wordt bevestigd door artikel 3 van het Havendecreet (2/03/1999).

    Volgens het regeerakkoord van de Vlaamse Regering van 13 juli 1999 moet de afbakening gebeuren op basis van een geïntegreerd strategisch plan per haven, dat uitmondt in een GRUP.

    De opmaak van het strategisch plan voor de haven van Antwerpen verloopt onder leiding van de provinciegouverneurs van Antwerpen en Oost-Vlaanderen.

    Bij de opmaak van het strategisch plan wordt een geïntegreerd streefbeeld voor de beide Scheldeoevers opgesteld waarin de gewenste economische, ruimtelijke en milieuontwikkelingen op elkaar zijn afgestemd.

    Het ontwerp van strategisch plan wordt momenteel onderworpen aan een milieuevaluatie volgens de procedure van de planmilieueffectrapportage.

    Op 16 mei 2006 werd het kennisgevingsdossier van het plan-MER "ontwerp strategisch plan en afbakening van de haven van Antwerpen en haar omgeving" volledig verklaard door de dienst Milieueffectrapportage van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie. De ter inzage legging liep van 17 mei 2006 tot en met 17 juni 2006.

    De richtlijnen voor het plan-MER werden goedgekeurd op 18 december 2006.

    Er wordt vooropgesteld dat het plan-MER tegen eind 2007 kan goedgekeurd worden.
    Op basis van de inzicten van het plan-MER zal de Vlaamse Regering aansluitend een principieel planprogramma voor het GRUP vastleggen.

     

  5. Beëindiging van het tijdelijk woonrecht

  6. Op 20 januari 1998 telde de dorpskern van Doel 645 inwoners. Op 31 januari 2007 woonden, volgens het bevolkingsregister van de gemeente Beveren, in de dorpskern van Doel nog 216 inwoners. Dit is een daling met 67 %.

    Van die 645 ‘oorspronkelijke’ inwoners, wonen er nu nog maar 77. Met andere woorden hebben 568 van de ‘oorspronkelijke’ Doelenaars uit de dorpskern (88 %) Doel intussen verlaten.

    De situatie in Doel is in 2007 dan ook niet meer vergelijkbaar met die van 2000. Samen met de afname van de bevolking is ook het verenigingsleven en de lokale middenstand uit het dorp verdwenen.

    De versnelde verkrotting van een aantal gebouwen ten gevolge van leegstand, vandalisme en illegale bewoning, noodzaakte in 2006 tot de afbraak om veiligheidsredenen en op bevel van de burgemeester van 42 gebouwen in de dorpskern van Doel.

    Er wordt voorzien dat in 2007 in totaal nog eens 120 verkrotte gebouwen gelegen in de dorpskern van Doel zullen afgebroken worden (zie ook verder onder punt 4).

    Gelet op de, naarmate de afbraakwerken vorderen, steeds dalende woonkwaliteit in de woonkern Doel en gelet op de hoger geschetste beslissingshistoriek en het tijdspad van het Strategisch Plan voor de Haven van Antwerpen en de opmaak van een plan-MER en een GRUP, die een einde maken aan Doel als woongebied, is het niet langer aangewezen om nog nieuwe bewoning toe te staan in de niet-bewoonde woningen.

    Dit houdt in dat er geen nieuw zakelijk recht van bewoning meer verleend zal worden.

    Voor de huidige houders van een zakelijk recht van bewoning wordt de termijn éénmalig verlengd tot 1 september 2009. Deze termijn moet de huidige bewoners toelaten om tijdig een nieuwe huisvesting elders te vinden.

     

  7. Gefaseerd afbraakplan

  8. Op 20 januari 1998 waren er in de dorpskern van Doel 255 "bewoonde" percelen, waarvan 228 eigendom waren van particulieren. 216 van deze percelen in particuliere eigendom (94%) werden in de daarop volgende jaren in der minne verworven.

    Op dit ogenblik zijn er dus nog slecht 12 woningen in de dorpskern van Doel die geen eigendom zijn van de Maatschappij LSO.

    Van de woningen die eigendom zijn van de Maatschappij LSO werd een evaluatie gemaakt van de mate waarin de bouwfysische toestand overeenstemt met de Vlaamse Wooncode.

    De gebouwen werden opgedeeld in vier categorieën, gaande van:

    categorie 1 : voldoen aan de Vlaamse Wooncode;

    categorie 2 : voldoen aan de Vlaamse Wooncode mits aanvaardbare renovatiekosten;

    categorie 3 : voldoen niet aan de Vlaamse Wooncode en de noodzakelijke renovatiekosten zijn onverantwoord hoog;

    categorie 4 : voldoen niet aan de Vlaamse Wooncode en zijn eigenlijk zonder meer af te breken.

    Omwille van veiligheidsreden werd in maart 2006 op initiatief van de gemeente Beveren een Actieplan opgesteld dat onder meer inhield dat 42 woningen van categorie 4 gesloopt dienden te worden omwille van veiligheidsredenen. De afbraak van deze woningen, uitgevoerd in opdracht van de Maatschappij LSO, werd eind januari 2007 afgerond.

    Momenteel wordt in uitvoering van datzelfde Actieplan de afbraak van nog eens 68 woningen van 3de en 4de categorie voorbereid. Hierbij dienen ook nog eens 52 gebouwen geteld te worden die eerder tot categorie 1 of 2 behoorden, maar ten gevolge van illegale bewoning of vandalisme, gedegenereerd zijn tot categorie 3 of 4.

    In totaal zijn er momenteel dus 126 gebouwen (waarvan 120 in de dorpskern van Doel) die in een dergelijk slechte staat zijn dat zij moeten afgebroken worden.

    Op 20 februari 2007 werd door de Maatschappij LSO een architect aangesteld voor de opmaak van de nodige sloopaanvraagdossiers. Op 1 maart 2007 werd een veiligheidscoördinator aangesteld.

    Op 2 maart 2007 werden bij ROHM Oost-Vlaanderen sloopvergunningen aangevraagd voor een eerste reeks van 18 gebouwen. Daarna zullen voor de andere gebouwen sloopvergunningen aangevraagd worden. Er wordt voor elk gebouw afzonderlijk een sloopvergunning aangevraagd, maar de aanvragen worden gegroepeerd per 20 à 30 ingediend.

    Verwacht wordt dat de eerste sloopvergunningen zullen afgeleverd worden vóór het bouwverlof en dat de eerste eigenlijke afbraakwerken kunnen starten in augustus 2007. In functie van de snelheid waaraan de andere sloopvergunningen aangevraagd en afgeleverd worden, wordt vooropgesteld dat alle 126 gebouwen vóór het einde van 2007 afgebroken zijn.

    Teneinde te voorkomen dat leegstaande gebouwen illegaal bewoond zouden worden, worden de nutsvoorzieningen in deze gebouwen grondig afgekoppeld.

    Aangezien er geen nieuw zakelijk recht van bewoning zal verleend worden, zullen op termijn ook woningen van 1ste en 2de categorie leeg komen te staan.

    Deze gebouwen zullen eveneens opgenomen worden op de lijst van de in opdracht van de Maatschappij LSO af te breken gebouwen. Deze werkwijze is analoog aan de principes uit de Visienota Gebouwen Linkerscheldeoevergebied die het Vlaams Gewest hanteert voor de door haar verworven gebouwen in het Linkerscheldeoevergebied (VR/2006/0206/MED12).

    Ook voor de gebouwen van 1ste en 2de categorie geldt dat, teneinde te voorkomen dat leegstaande gebouwen illegaal bewoond zouden worden, de nutsvoorzieningen in deze gebouwen grondig afgekoppeld worden.

     

  9. Onteigening van de resterende percelen te Doel

  10. Het nieuwe GRUP dat zal opgemaakt worden in 2008, met daarin de aanduiding van de nieuwe ruimtelijke bestemming van Doel. Naast het GRUP zal door de bevoegde instanties ook een onteigeningsplan opgemaakt worden voor de resterende percelen en gebouwen aldaar die op dat moment nog niet in der minne verworven zijn.

     

  11. Inspectie van Financiën

  12. De Inspectie van Financiën werd advies gevraagd op 13 maart 2007.

    De Inspectie van Financiën verstrekte advies op 20 maart 2007. Er is geen akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, vereist.

     

  13. Weerslag van het voorstel van beslissing op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap

  14. Het voorstel van beslissing heeft geen weerslag op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap.

     

  15. Weerslag van het voorstel op het personeelskader en de personeelsbudgetten van de Vlaamse overheid

  16. Het voorstel van beslissing heeft geen weerslag op het personeelsbestand en op het personeelsbudget, zodat het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor het algemeen beleid inzake personeel en organisatieontwikkeling, niet vereist is.

     

  17. Weerslag van het voorstel op de lokale besturen

  18. De voorgestelde maatregelen hebben geen weerslag op de lokale besturen.

     

  19. Reguleringsimpactanalyse

  20. Een reguleringsimpactanalyse is niet vereist.

     

  21. Voorstel van beslissing

De Vlaamse Regering beslist :

 

  1. de Maatschappij voor het Haven-, Grond- en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeoevergebied te gelasten volgende maatregelen te nemen voor wat betreft haar bebouwde eigendommen in Doel :

    1. Leegstaande of leegkomende woningen en constructies worden niet meer voor bewoning of welkdanig gebruik ter beschikking gesteld na 31 december 2006

    2. Voor de bestaande contracten van zakelijk recht van tijdelijke bewoning wordt de termijn éénmalig verlengd tot 31 augustus 2009, mits de betrokken houders van het recht daarmee hun uitdrukkelijk akkoord betuigen.

    3. Een afbraakplan beginnende met de woningen die niet meer in overeenstemming zijn met de Vlaamse wooncode zal operationeel gemaakt worden.

  2. de Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de openbare werken, elk voor wat betreft hun bevoegdheden, te belasten met de uitvoering van deze beslissing.

  3. de Vlaamse minister, bevoegd voor het onroerend erfgoed, te belasten met het bepalen van de criteria en de modaliteiten voor het nemen van bewarende maatregelen voor de genoemde historische gebouwen in de woonkern Doel.

  4. de Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, te belasten met het bepalen van de criteria en de modaliteiten voor het nemen van bewarende maatregelen voor de begraafplaats te Doel.

 

 

De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie,
Leefmilieu en Natuur

 

Kris Peeters

 

De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid,
Wonen en Inburgering

 

Marino Keulen

 

[Home page][Overzicht Doel Blijft][Jaaroverzichten]