DELEGATIE VAN DOEL2020 OP DEBAT IN GOES (NL)

 
De Zeeuwse vereniging Redt De Kaloot, die opkomt voor het behoud van de natuur en het strand de Kaloot, hield op 8 juni 2001 een debat in hotel Terminus te Goes.

De gastsprekers waren drs. Aad De Klerk, historisch-geograaf en consulent regionale geschiedbeoefening, en drs. Frank Wesselingh, conservator museum Naturalis.
Drs. De Klerk bracht in zijn toespraak, betreffende het Zeeuwse landschap, duidelijk de menselijke waarden naar voor. Daarna toonde drs. Wesselingh het belang aan van de geologische waarde van de Kaloot.

Het forum bestond uit:

Prof. dr. Rob Engelsdorp Gastelaars, hoogleraar aan de universiteit van Amsterdam, stads- en plattelandsplanoloog. Hij verdedigde de stelling: Zeeland is meer gebaat bij plattelandsvernieuwing dan bij zeehaven- en corridorontwikkeling. Herbestemming van bestaande bebouwing voor nieuwe niet-agrarische bedrijven en huishoudens en invoeging van nieuwe bebouwing t.b.v. vergelijkbare bestemmingen.
Landbouw is geen bestaansbron meer in Nederland. Wil men de agrarische gebieden behouden dan zal men ze een andere bestaansbron moeten geven.
Hierbij heeft men de keuze uit twee mogelijkheden:
- Ofwel een nieuwe bezetting van de leeg komende panden, maar deze mogelijkheid wordt door de overheid bestreden.
- Ofwel industrialisatie- en havenontwikkeling. Deze mogelijkheid wordt door de overheid aangemoedigd maar mislukt vrijwel overal.
De reden van mislukken is duidelijk:
- Industrialisatie- en havenontwikkeling is geen bijdrage voor arbeidsplaatsen. Veel automatisatie.
- Industrialisatie- en havenontwikkeling verziekt het landschap door de sociale effecten. Met het bijkomende transport naar het achterland tast men het landschap opnieuw aan.


Rinus van 'Westeinde, voorzitter ZLTO (Zeeuwse land- en tuinbouw organisatie) afdeling Borsele.
Hij verdedigde de stelling: Liever de Kaloot dan compensatie.
Compensatie voor het strand zal landbouwgrond zijn en dat ziet ZLTO niet zitten.
Verder legde Rinus de nadruk op een beter samenwerking met België.

Vervangend collega van Dr. Ir. Han Wiskerke van de Wageningen Universiteit. Hij verdedigde de stelling: Investeren in verbrede landbouw biedt meer sociaal-economisch perspectief voor Zeeland dan de bouw van een containerterminal.

Daan Bruinooge, gedeputeerd voorzitter Havenschap en Zeeland Seaports verdedigde de stelling: Evenwicht.
Er moet een ruimtelijk economisch beleid gevoerd worden.
Er stellen zich twee problemen:
- Met de landbouw gaat het niet goed. Daarom moeten er nieuwe activiteiten komen op het platteland zoals o.a. biologische landbouw, het aanwenden van agrarische panden voor andere doeleinden, enz.
- Zeeland vergrijsd. Daarom wil men Jonge gezinnen aantrekken. Dat kan door o.a. nieuwe banen te scheppen. Vandaar dat er een contract werd aangegaan met Hessenatie en men een containerterminal wil bouwen. Hiervoor zal men ter compensatie van verloren natuur ongeveer 150 ha nat en droog natuurgebied moeten aanleggen.

Tijdens het debat kwam de haven van Zeebrugge meermaals ter sprake als mogelijk alternatief. Alleen dhr. Bruinooge weerlegde deze mogelijkheid door te stellen dat er mobiliteitsproblemen zijn voor het transport naar het achterland.
Rudi Van Buel, afgevaardigde van Doel2020, beklemtoonde het leed dat vele mensen wordt aangedaan door havenuitbreiding zowel in Nederland als in België en Duitsland. Ook stelde hij dat de beloofde werkgelegenheid slechts een zoethoudertje is voor het grote publiek. Dat het er in de realiteit anders aan toe gaat toonde hij aan met de ontwikkeling van de Linkerscheldeoever als voorbeeld te geven. Van Buel pleitte ook voor een Europese aanpak van de strijd tegen de niets ontziende industrie- en havenuitbreiding.
 

[Home page][Overzicht Doel Blijft][Jaaroverzichten]